Wonen in een recreatieverblijf
- U mag niet wonen in een recreatieverblijf.
- U kunt een gedoogbeschikking of toestemming voor overbruggingshuisvesting aanvragen.
- Deze zijn allebei tijdelijk en in uitzonderlijke gevallen mogelijk.
- Een gedoogbeschikking is voor maximaal 12 maanden.
- Een overbruggingshuisvesting is voor maximaal 3 maanden in geval van calamiteiten.
- De gemeente kan een dwangsom opleggen als u geen gedoogbeschikking of toestemming heeft.
In uitzonderlijke gevallen mag u voor korte tijd in een recreatieverblijf wonen. Dit wordt dan gedoogd. Hieronder de belangrijkste regels:
- Een gedoogbeschikking is voor maximaal 12 maanden.
- U moet een economische en/of maatschappelijke binding met de gemeente Barneveld hebben.
- U moet kunnen aantonen dat u binnen één jaar een woning zal hebben in de gemeente Barneveld.
- Er is geen beschikking over andere huisvesting.
- Als de recreatiewoning niet op uw eigen grond staat, dan moet u ook toestemming hebben van
- de eigenaar en/of de exploitant van het recreatieterrein én
- de eigenaar van het recreatieverblijf.
Let op: uw inschrijving in de basisregistratiepersonen (BRP) is geen gedoogbeschikking, ontheffing of toestemming.
- Aanvraag voor tijdelijke toestemming van maximaal 3 maanden.
- Als u tijdelijk niet op uw woonadres kunt verblijven in geval van een calamiteit (brand, acute relatieproblemen, etc.).
- Hiervoor stuurt u een brief met uitleg over uw situatie aan het college van burgemeester en wethouders.
Let op: uw inschrijving in de basisregistratiepersonen (BRP) is geen gedoogbeschikking, ontheffing of toestemming.
- Het bestemmingsplan “Buitengebied 2012” - Artikel 16.5.2 van de bestemmingsregels bepaalt dat er niet permanent mag worden gewoond in een recreatiewoning
- Nota aanpak recreatieverblijven 2004 met aanpassing april 2013